Studieschuld

De enorme studieschuld waarmee we jongeren opzadelen is een neveneffect van de volstrekt niet te verdedigen vooronderstelling dat je aan het begin van je leven zo lang mogelijk moet studeren. Daarmee dringen we onze jongeren een studentenleven op waar ze niets mee kunnen en niets aan hebben. Waarom geen leerwerkplekken?

Wat moeten we denken van die gezamenlijke studieschuld van 11,5 miljard die onlangs in het nieuws was? Het bedrag is hoger worden, maar het bedrag per student lager. Dat betekent dus dat vooral het aantal studenten met een schuld gegroeid is. De trend begrijpen is nog weer iets anders dan het fenomeen op zich begrijpen.
Is een studieschuld iets ergs? Iets slims? Iets natuurlijks?
Ik weet het niet, maar dit is wat ik ervan denk.

Je hebt een schuld als je iets te vroeg hebt gekregen. Sommige dingen krijg je noodzakelijk te vroeg, zoals het leven en je opvoeding. Die eerste weken kun je nog niets met je leven en die eerste jaren nog niets zonder je ouders. Dat levert prachtige maar ook pijnlijke inzichten op in de complexe relatie tussen ouders en kinderen, waarin toewijding en loyaliteit voor een even makabere als schitterende dans om het vuur van de liefde zorgen. De Hongaarse psychiater Boszormenyi-Nagy wist daar alles van.

Onderwijs krijg je ook te vroeg. Maar je hebt het nodig. En je wilt zo graag. Daarom bieden beschaafde landen dat primaire onderwijs gratis aan, waardoor de inwoners van deze landen – jong en oud in gezamenlijkheid – één saamhorige taalgemeenschap worden. En blijven. Wederzijds begrip voor iedereen.

Maar daarna wordt het lastiger. Want vrijwel alle zogenaamd ontwikkelde landen bieden hun jongeren voortgezet onderwijs aan. Veelal tegen hun zin. Ga maar eens kijken bij een gemiddelde middelbare school in een willekeurig klaslokaal. Grote kans dat het gebrek aan motivatie, aan passie, je aanvliegt, als de beklemmende hitte in de tropen. Dat we daarmee iets moeten is duidelijk. Maar wat?

En dan volgt het echte drama: het hoger onderwijs. De huidige arbeidsmarkt dringt onze jongeren schaamteloos en onnadenkend alsmaar meer onderwijs op.
Al dit onderwijs komt beslist te vroeg!
Jongeren willen dit helemaal niet. Ze bladeren lusteloos door de studiekeuzegids, als door een menukaart die ze voorgeschoteld wordt net na een veel te zware maaltijd. Zum kotzen.
Waarom mogen ze niet gewoon gaan werken? Waarom mogen ze zich niet inzetten voor anderen, zich nuttig voelen, het idee krijgen dat ze er toe doen, zodat ze niet nog langer voor spek en bonen hun schuldgevoel zien groeien omdat al die ouderen dit allemaal voor hun bestwil doen? Het is niet uit te leggen. Hun schuld wordt eindeloos. Die maken ze nooit meer goed.

Dus wat wil je? Is het hun schuld dat ze de decadentie invluchten? We moedigen ze aan op de vulkaan te dansen. Als de samenleving wil dat ze studeren, wel, dan zullen ze zich eens goed in het studentenleven storten. Vrijheid en vrijblijvendheid alom. De overheid betaalt. Nu goed, ze schiet het voor, met belachelijk gunstige rentetarieven, dus je bent een dief van je eigen portemonnee als je niet maximaal leent. Wie dan leeft…

Jammer. Zoveel talent wordt vergooid, als volkomen stukgekookte broccoli. 

En het hoeft niet. Er is een alternatief, een alternatief dat veel goedkoper is, voor iedereen. Investeer in leerwerkplekken, op ieder niveau. Stimuleer het duale leren. Zorg voor post-initieel onderwijs, maar dan wel zo dat het initiële onderwijs eindigt na de middelbare school, en misschien zelfs al halverwege dat voortgezette onderwijs. Kijk naar het vmbo en het mbo. Daar is zoveel van te leren! Noem die MBO-ers geen studenten. Jaag ze niet de decandentie van een studieschuld in. Noem ze werknemers. Zorg dat hun arbeidsplaats, hun leerwerkplek, voorop staat. En laat de werkgevers dat, met ruimhartige steun van de overheid, betalen.

Dat lijkt me dé manier om iets aan die oplopende collectieve studieschuld te doen. Alles op zijn tijd. Ook het hoger onderwijs. Pas als er behoefte aan is, als er een leervraag is.